Topsporters trainen meer dan ze presteren: waarom doen wij het omgekeerd?

Stel je even voor: je kijkt naar Max Verstappen die op maandagochtend z’n Red Bull-bolide start. Niet voor een race, maar gewoon — elke dag, van 9 tot 5. “Vandaag weer 8 uurtjes presteren, jongens. Morgen ook. En woensdag natuurlijk weer.” Klinkt absurd, toch? Geen rust, geen training, geen simulatie, geen team dat zijn bochten analyseert. Gewoon gáán. Toch is dat precies hoe we in het bedrijfsleven werken, schrijft 'lawaai-papegaai' en ondernemer Jelco de Jong in deze blog.

Neem een ‘gemiddelde Olympiër’. Uit onderzoek blijkt dat zij gemiddeld 6 dagen per week trainen, vaak twee keer per dag. Rust, voeding, mentale begeleiding en videoanalyse horen erbij. Het presteren zelf?Ongeveer 5 procent van de tijd. Een marathonloper loopt 1 of 2 races per jaar.  Een voetballer speelt hooguit 180 minuten per week, vaak maximaal 90. De rest is trainen, herstellen, afstemmen en leren van anderen. Zelfs tussen disciplines wordt inspiratie gehaald: sprinters leren ademhalingstechnieken van yogi’s en schaatsers werken aan explosiviteit in de gym.

Kortom: de echte potentie komt er niet uit door het er steeds uit proberen te halen, maar door bewust te ontwikkelen, te rusten en groeien richting een hoger doel.

In werkland is het precies andersom

Wij, kantooratleten, doen het omgekeerd. We presteren altijd - dat wordt immers van ons verwacht. Elke werkdag, van negen tot vijf, met targets, deadlines en KPI’s. Trainen? Eén keer per jaar, als je geluk hebt iets meer. Een korte training over “effectief communiceren” of “feedback geven zonder tranen”. En dan verwachten we dat onze prestaties spectaculair verbeteren. Alsof je één dag een tennisclinic volgt en dan denkt Serena Williams te verslaan. 

Een kleine nudge (of schop)

Wat zou er gebeuren als we leren echt serieus zouden nemen, om meer te kunnen presteren? Meer dan één of twee dagen per jaar investeren in ontwikkeling — niet als bijzaak, maar als onderdeel van je werkweek. Tijd nemen om te sparren met een buddy, te reflecteren, nieuwe werkwijzen uit te proberen, inspiratie op te halen uit andere disciplines.

Zo worden je prestaties uiteindelijk echt beter: niet ondanks de tijd die je bewust neemt om te leren of te rusten - maar juist dankzij die tijd. En zeg nou zelf: als zelfs topsporters als Max Verstappen rustdagen inplannen waar je ze ziet relaxen, waarom verwachten wij dan dat we elke dag goud halen zonder te trainen?

Volgende
Volgende

Een rockster-CV